Veranderingen
Maart 2016
Met ingang van het schooljaar 2016-2017 gaat het MBO onderwijs werken met nieuwe kwalificatiedossiers. Veel opleidingen verdwijnen, krijgen een iets andere naam of worden in een ander opleidingsdomein ondergebracht. Er moet gewerkt gaan worden met basisdelen, profieldelen en keuzedelen. Een hele operatie.
Zoals gebruikelijk bij veranderingen zijn er voor- en tegenstanders. Voordat ik zo’n 6 jaar geleden begon in het onderwijs, ving ik wel eens geluiden op dat het onderwijs vaak moeite heeft met veranderingen. Nu ik er zelf middenin zit begrijp ik dat wel. Een nieuw kwalificatiedossier heeft invloed op de opbouw en inhoud van een opleiding, de examinering en bijbehorende examenplannen, de voortgangscontrole, de overgangsregeling, in- en uitstroom mogelijkheden, toelatingseisen, enzovoorts. Docententeams moeten opnieuw worden samengesteld, studiewijzers opnieuw geschreven, lesmaterialen worden herzien en opnieuw ontworpen en docenten moeten worden bijgeschoold. Op zich allemaal nog niet verkeerd, maar lastiger onder tijdsdruk in de wetenschap dat het nieuwe schooljaar snel dichterbij komt. Nog lastiger als je al langer dan ik meeloopt in het onderwijs en veel dingen terug ziet komen waar jaren geleden nota bene afscheid van moest worden genomen, omdat het ook toen allemaal anders en beter moest. “Daar gaan we weer……”, is de veelgehoorde reactie.
Het ROC waar ik voor werk doet er alles aan om de veranderingen in zo’n goed mogelijke banen te leiden. Docenten zijn tijdig op de hoogte gebracht en worden betrokken in het hele proces. Er is een strategisch beleidsplan wat (terecht) zeer ambitieus geschreven is. Toen ik het van de week nog eens een keertje vluchtig doorlas werd ik me bewust van mijn eigen kritische, zelfs geïrriteerde reactie. Een beetje in de trant van: “Prachtig zo’n ambitieus plan, maar mijlenver verwijderd van de realiteit. Bedacht door de hoge heren achter het bureau die geen idee hebben van de symptomen waar je als docent dagelijks mee te maken hebt. Te volle klassen, hoge verzuimpercentages, gedrag wat leerlingen uit de straatcultuur meenemen binnen de ooit veilige leeromgeving en werk dat overschaduwd wordt door veel bureaucratie. En wanneer ik grenzen wil stellen aan ontoelaatbaar gedrag van een leerling teneinde toch nog iets van de veiligheid in de klas te waarborgen, moet ik uitkijken dat niet ik word geschorst in plaats van de leerling.” Zo dat lucht op!
Tegelijkertijd stelde ik mijzelf de vraag wat dit voor mijn trainingsinstituut Ont-dek je Leer-kracht betekent? Is mijn concept dan ook niet een (veel) te ambitieus beleidsplan? Kun je onder deze omstandigheden wel in je kracht staan als docent? Kan ik dat zelf nog wel? En als ik dat al zou kunnen, kan ik dat nog wel op collega docenten overbrengen?
Ik weet het eerlijk gezegd niet, ik heb het idee dat er veel gevraagd wordt van docenten. Wat ik wel weet is dat de tools uit NLP en RET die ik mijn bagage heb, me juist nu weer van pas zullen komen. Dat ze me ook in deze omstandigheden succesjes zullen blijven brengen die me voldoening geven in mijn rol als leerkracht. Omgevingsfactoren heb ik niet in de hand, wat ik wel in de hand heb is in welk perspectief ik de dingen wil plaatsen. Daar ligt mijns inziens de sleutel: je op jouw eigen unieke manier comfortabel blijven voelen met je omgevingsfactoren en alles wat er daarbij op je pad komt.
Wie zijn eigen toolkit wil ontdekken is van harte welkom!